| 
		 
		Na de moord op Indra Gandhi op 31 oktober 1984, werden er veel Sikhs in 
		heel India gedood. Dit is een gebeurtenis over een Sikh echtpaar in een 
		klein dorp buiten de deelstaat Punjab. Het stel was jong en amritdhari 
		(gedoopt of geïnitieerd, dus behorend tot de Khalsa). De vrouw (singhni) 
		droeg een sikh tulband (dastaar) op haar hoofd. Tevens had het echtpaar 
		een jong kind, een zoontje. 
		 
		Het Sikh echtpaar woonde in een geïsoleerde boerderij, in een Hindoe 
		gedomineerd gebied. Toen het nieuws over de moord op Indra Gandhi het 
		gebied bereikte, en men erachter kwam dat sikhs in het hele land 
		vermoord werden, besloten sommige lokale misdadigers dat dit de ideale 
		kans was om de boerderij te plunderen en het echtpaar te vermoorden. 
		De man (singh) was achter dit plan gekomen, via enkele dorpelingen die 
		hen goed gezind waren. Hij vertelde zijn vrouw dat ze maar weinig tijd 
		hadden en dat er een aanval op komst was. De man zei dat ze de boerderij 
		moesten verlaten en vluchten om hun levens te redden. Zijn vrouw 
		herinnerde hem er aan dat ze de Sri Goeroe Granth Sahib hadden 
		geinstalleerd (Parkash)  op de zolder van hun huis. "Hoe kunnen we 
		wegrennen van Goeroe?" zei ze. 
		Hij herhaalde dat er een aanval gepland was en zei dat ook hun zoon 
		vermoord zal worden. De vrouw stond er echter op dat het verkeerd zou 
		zijn om van Goeroe Sahib weg te rennen en de menigte de Goeroe Sahib's 
		saroop te laten verachten. 
		Hij zei toen gefrustreerd, “Als ze ons eenmaal vermoord hebben, zullen 
		ze de saroop toch wel verachten dus waarom zouden we nog langer blijven? 
		We kunnen de saroop niet redden als we dood zijn. Het beste wat we 
		kunnen doen is onszelf redden. Er is geen enkel voordeel te behalen als 
		we blijven! Waarom ben je zo koppig en dom.” 
		 
		Zijn vrouw antwoordde dat zolang ze ademde, ze Goeroe Sahib niet in de 
		steek zal laten, zelfs niet om haar leven te redden. En dat zolang ze in 
		leven was, niemand het zou moeten wagen geenrespect te tonen. 
		Wetend dat de menigte al onderweg was, vertelde de man zijn vrouw 
		gefrustreerd dat ze kon doen wat ze wou, maar dat hij met het kind er 
		vandoor zou gaan zonder haar. Hij nam zijn zoontje en vluchtte. 
		 
		De vrouw ging naar de kamer van de Goeroe Granth Sahib, en deed een 
		verzoek voor de Goeroe (Ardaas. Ze vroeg Goeroe Sahib om bescherming en 
		om de moed om, wanneer dat nodig zou zijn, martelaar (shaheed) te worden 
		in deze dienst (seva). Ze pakte haar Kirpan (zwaard) en wachtte. 
		 
		Ze hoorde de menigte aankomen, schreeuwend en gewapend, bereidt om het 
		huis aan te vallen. Ze kwam naar beneden en stond in de deuropening met 
		haar uit de schede getrokken Kirpan in haar handen. Maar plotseling 
		begonnen de misdadigers uit het niets, zich om te draaien en weg te 
		rennen, angstig achterom kijkend bleven ze maar doorrennen. De vrouw was 
		verward, maar wel onder de indruk van Goeroe Sahib's zegening (kirpa). 
		De menigte was verdwenen en ze kwamen  niet meer terug. 
		 
		Enkele dagen later kwam de man terug naar het dorp, om poolshoogte te 
		nemen betreffende het lot van zijn vrouw en hun eigendommen. 
		Hij verwachtte dat zijn vrouw mishandeld en vermoord zou zijn, en dat 
		hun huis zou zijn leeggeplunderd. Terwijl hij nerveus richting zijn huis 
		liep, stopte een Hindoe kennis hem en vroeg: “Singh ji, waar haalde je 
		die dag zo snel al die sikh strijders (Nihangs) vandaan? ” 
		De man was verward en vroeg, “Waar heb je het over?” 
		 
		De man antwoordde, “Die dag, toen die schurken op weg waren naar je huis 
		om aan te vallen, kwam je vrouw naar buiten en stond in de deuropening 
		omringt door een heleboel gigantische Nihangs, ze waren heel lang en 
		droegen allerlei soorten wapens bij zich. Waar had je die zo snel 
		verzameld?” 
		 
		De man realiseerde zich dat Shaheed Singhs (overleden martelaars die 
		zich in een hoge spiritueel staat bevinden en op aarde kunnen komen 
		wanneer ze maar willen) waren gekomen om Goeroe Sahib's saroop te 
		beschermen en zijn Singhni's moed te belonen. Hij ging snel naar huis en 
		vroeg zijn vrouw om vergeving; hij vertelde haar wat de dorpelingen 
		zeiden over de bescherming van het leger van Nihangs. 
		
		so sathigur piaaraa maerai naal hai 
		jithhai kithhai maino le ae shhaddaaee || 
		
		Die Geliefde Ware Goeroe is altijd bij 
		me; waar ik ook ben, zal Hij me beschermen|| 
		
			- Goeroe Granth Sahib, Ang 588  |